Werken aan softskills
Elke dag vijf minuten werken aan je softskills. Bij het ontbijt, op de bank of desnoods op het toilet. Gewoon, via je telefoon. Dat kan dankzij de Digitale Bedrijfsschool, een gezamenlijk initiatief van mboRijnland, ROC Rivor, Learning Heroes en Codename Future. Ontwikkeld met behulp van een SLIM-subsidie.
Waarom een SLIM-aanvraag?
Martijn Spekman, Codename Future: “Veel mkb-ondernemers worstelen met de vraag hoe zij softskills kunnen bijbrengen aan hun huidige en toekomstige medewerkers. Denk aan vaardigheden als feedback geven, plannen, leidinggeven en communiceren met klanten. Zij hebben vaak geen HR-afdeling die dat kan doen en hebben niet de armslag om daar zelf handen en voeten aan te geven. Hardskills, daar zorgen branches vaak wel voor. Maar de ontwikkeling van werknemersvaardigheden blijft in het mbk vaak achter.”
Wat is jullie oplossing?
“Met de ‘Digitale Bedrijfsschool’ hebben wij daar een oplossing voor bedacht. ‘Wij’, dat zijn ROC Rivor, mboRijnland, Learning Heroes (ontwikkelaar van innovatieve digitale leerconcepten) en Codename Future (gespecialiseerd in het ontwikkelen van lesmethoden voor jongeren). Die oplossing bestaat uit een webapp die de gebruiker uitdaagt om dagelijks vijf minuten te besteden aan een microlearning. Dat is een korte praktisch toepasbare kennisclip met een kop, een middenstuk en een staart. En die worden dan weer toegepast in het dagelijkse werk. Daarmee komen we tegemoet aan het bekende gegeven dat mkb’ers weinig tijd hebben. Door slechts een beperkte tijdsinvestering van vijf minuten per dag te vragen maken we persoonlijke ontwikkeling behapbaar. De microlearnings zijn te doen bij het ontbijt, ’s avonds op de bank, tijdens het reizen naar werk in bus of trein of desnoods op het toilet.”
Klinkt simpel, is het dat ook?
“De onderwerpen van de microlearnings zijn niet zomaar gekozen. Daar hebben we uiteraard eerst uitgebreid onderzoek naar gedaan. Bij een aantal mkb-bedrijven hebben we scans gemaakt: waar hebben zij als het gaat om werknemersvaardigheden behoefte aan en wat vraagt de markt? Op basis daarvan hebben we vijf leerlijnen ontwikkeld: planning, leidinggeven, energiek te werk gaan, klantgericht werken en werken met anderen. Elke leerlijn bestaat uit een aantal modules die weer zijn opgesplitst in dagelijkse microlearnings. De vijf leerlijnen hebben we vervolgens ter check voorgelegd aan nog eens 31 bedrijven uit onze regio met de vraag: sluit dit aan op waar jullie behoefte aan hebben? En wat moeten we wellicht nog doorontwikkelen?”
Al resultaten?
“Inmiddels zijn verschillende bedrijven met de microlearnings van de Digitale Bedrijfsschool aan de gang gegaan, en de resultaten zijn voornamelijk positief. Gebruikers geven aan dat ze via onze learnings in een leerstand terechtkomen, dat de korte interventies een positief effect hebben op de onderlinge communicatie en zij zijn blij dat bepaalde onderwerpen daarmee op de bedrijfsagenda worden gezet. Natuurlijk is er ook nog wat te verbeteren. Zo is het ene bedrijf het andere niet en is ook binnen bedrijven de ene medewerker de andere niet. Wat voor de één wellicht een vernieuwend inzicht is, is voor de ander een open deur. Niveaudifferentiatie kan helpen om de kennis voor iedereen ook echt interessant te maken. Op maat. Ook vragen sommige gebruikers om meer herhalingsopdrachten, om de kennis beter te laten landen.”
En wat is de volgende stap?
“Wij hebben ervoor gekozen om ons in deze pilotfase te beperken tot de doorontwikkeling van de vijf hoofdleerlijnen. Die moeten eerst goed staan. Om dat af te ronden doen we nu een laatste serie consultaties bij bedrijven en experts: klopt de gebruikerservaring? Of moeten we nog aanpassingen doen? Tegelijkertijd vragen ook nieuw geleerde lessen om antwoorden. Zo hebben we ontdekt dat het succes van de methode staat of valt met de aandacht die een bedrijf erin wil stoppen. Want het leren wordt pas een succes als het op de agenda blijft staan, als de ervaringen intern besproken worden. Bijvoorbeeld tijdens een dagstart of weekafsluiting met collega’s. Wat ook helpt is per bedrijf een ‘aanvoerder’ te benoemen die de vaart erin probeert te houden. En door ervaringen met andere aanvoerders te delen in een tweewekelijks aanvoerdersoverleg.”
“Het is fijn dat we dankzij de SLIM-regeling al een heel eind zijn gekomen met de Digitale Bedrijfsschool. Zonder deze regeling hadden we niet gestaan waar we nu staan. Maar we willen niet afhankelijk zijn van subsidies. We hebben de ambitie om een sluitende businesscase te maken en de school met de (founding) partners niet alleen in de lucht te houden, maar ook verder te ontwikkelen. Dat kan wellicht door er een product van te maken dat schaalbaar is. Maar we kunnen ook doorgroeien naar een verenigingsstructuur met steeds meer mkb-partners die heil zien in deze leermethode. Dat gaan we nog verder onderzoeken.”