Wij maken op onze website gebruik van cookies. Wij gebruiken cookies voor het bijhouden van statistieken (de cookies van Google Analytics zijn volledig geanonimiseerd) om voorkeuren op te slaan, maar ook voor marketingdoeleinden. Als je akkoord gaat met ons gebruik van cookies, klik dan op 'Cookies toestaan'. Lees hier onze cookieverklaring.

Cookies toestaan Weigeren

Communities for Development

Een Community for Development (CfD) is een concept voor hoe de beroepspraktijk en het onderwijs en hun studenten kunnen samenwerken bijvoorbeeld in de innovatieve Leer-Werk-Omgeving van CHILL of in een Living Lab of Innovatiewerkplaats. In een CfD gebeurt onderzoek op basis van betaalde opdrachten van bedrijven en lectoraten. En dat is uniek en bijzonder. De opbrengst voor bedrijven en lectoraten is een bijdrage aan hun innovatieve uitdagingen. Dat impliceert ook dat studenten niet leren aan de hand van een vooraf gedefinieerd curriculum, maar op basis van actualiteit en noodzaak. De innovatie-opdracht bepaalt wat er geleerd wordt. Dat is allemaal spannend en opwindend en tegelijk veroorzaakt dat, zo leert de ervaring, ook enige onrust. Het is aan het onderwijs om ervoor te zorgen dat een student zich niet alleen inspant, maar ook waar voor zijn/haar inspanning krijgt. En het werken in een CfD garandeert dat. Nieuwsgierig? Meer weten waarom dit een spannend concept is? Lees dan verder!

Vooraf
Chemelot Innovation and Learning Labs (CHILL) behoort tot de eerste groep van publiek-private samenwerkingen (ontstaan in 2011).

Binnen CHILL wordt samengewerkt om antwoorden te vinden op vragen van bedrijven en lectoraten. Dit gebeurt op een wijze die we Communities for Development (CfD’s) noemen. Een CfD is onlosmakelijk verbonden met de centrale opdracht van CHILL.

De opdracht van CHILL
Het versterken van de innovatiekracht van de sector Chemie & Materialen[1] door :

  • Voldoende adequaat en op innovatie gerichte professionals op te leiden;
  • Daadwerkelijk bij te dragen aan inhoudelijke innovaties in m.n. het MKB.

In een CfD worden beide aspecten, zowel het leren/opleiden als het innoveren, gecombineerd.

Om de innovatiekracht te versterken en het leren te combineren met innoveren heeft CHILL een z.g. ‘innovatieve Leer-Werk-Omgeving (LWO) gebouwd. Deze LWO bestaat uit CfD’s met daarin en daaromheen professionals en professionals in opleiding. De LWO beschikt tevens over een zeer kostbare fysieke omgeving van up-to-date laboratoria[1] met state-of-the-art equipment waarbinnen de CfD’s hun werkzaamheden uitvoeren. De LWO van CHILL komt in grote lijnen overeen met bijvoorbeeld Living Labs of InnovatieWerkPlaatsen (IWP). Een CfD is complementair aan een LWO (Living Lab, IWP) en is een bijzonder concept of construct dat binnen dit grotere geheel functioneert.

Omdat de uitgangspunten van een CfD vooral impact hebben op het onderwijs en de organisatie daarvan, ligt in het onderstaande het accent op het onderwijsperspectief.

[1] Gezien de verbreding gaat het niet alleen meer over laboratoria, maar ook over opschalingshallen en een recyclelijn.

Wat is een CfD eigenlijk?

  • Voor een CfD is een opdracht of een vraag van het werkveld en dan m.n. van de koplopers van het mkb of van een lectoraat het vertrekpunt. In een CfD werken zo’n 3 studenten als beginnende professionals, een docent-onderzoeker (de coach) en een ervaren professional samen en zoeken zij antwoorden op de vragen van de opdrachtgever. CHILL heeft de ervaren professionals zelf in dienst. Het gaat om uitstekend opgeleide medewerkers met actuele kennis en vaardigheden. De ervaren professional heeft de opleiding gevolgd die de beginnende professionals nu volgen.
  • Daarnaast zijn er binnen CHILL Business Developers (BD-ers) actief die zorgen voor de verbinding met de bedrijven en het acquireren van innovatie-opdrachten. De BD-er maakt geen deel uit van een CfD. Zij vertegenwoordigen in zekere zin bedrijven, zijn middels de opdrachten de aanjagers van CfD’s en beoordelen of de opbrengst van een CfD voldoet aan de afspraken.
  • Verder zorgt de opleiding voor een onafhankelijk assessor, die het leren van de student beoordeelt. De assessor maakt geen deel uit van de CfD.
  • Een CfD is een concept met uitgangspunten, een concept voor leren en de volledig integratie van leren met onderzoeken. Het is ook een concept voor financiering. Wij noemen een samenwerking een CfD als de samenwerking voldoet aan de uitgangspunten. Hoe dat precies gebeurt, kan verschillen per situatie en opleiding. De vorm, die CHILL hanteert, past o.i. het best bij het domein Chemie & Materialen (Hbo).

Waarom is een CfD bijzonder?

Het bijzondere van een CfD zit vooral in onderstaande twee uitgangspunten, die overigens nauw met elkaar samenhangen, en in de stevige onderwijskundige basis.

Resultaatverplichting
De CfD heeft de verplichting om het afgesproken resultaat daadwerkelijk te realiseren. Het perspectief van studenten en onderwijs verschuift daarmee van een inspanningsverplichting naar een resultaatverplichting. Omdat het gaat om onderzoeken en ontwikkelen, is het bereiken van een specifiek resultaat niet vooraf te garanderen. Je onderzoekt immers en een specifieke uitkomst is dan niet op voorhand vast te stellen. De aanpak en de kwaliteit van de aanpak en de uitvoering daarvan is wel te garanderen, maar de feitelijk uitkomst niet (zie onderaan).

De opdracht is leidend en geen illustratie van vooraf gedefinieerde kennis en vaardigheden
Voor een CfD is de innovatie-opdracht en de realisatie daarvan leidend. Dat betekent dat er niet een opdracht gezocht wordt bij vooraf gedefinieerde kennis en vaardigheden, maar omgekeerd. De opdracht bepaalt de specifieke kennis en vaardigheden die de deelnemers aan een CfD verwerven. Bij gevolg is dat wat aan kennis en vaardigheden wordt geleerd voor elke CfD anders en niet vooraf vast te stellen. De eerdergenoemde resultaatverplichting versterkt de authenticiteit van de opdracht.

De bovenstaande twee uitgangspunten maken het werken met een CfD aantrekkelijk voor de opdrachtgever, die immers de opdracht geeft aan een hooggekwalificeerd CfD-team, dat beschikt over state-of-the-art equipment en dat ‘dedicated’ werkt aan de opdracht zonder aan allerlei eisen van het onderwijs te moeten voldoen. Door de resultaatverplichting kan een opdracht gegeven worden waarvan het resultaat echt en snel nodig is. De opdracht is dus niet alleen ‘nice to know’.

De beide uitgangspunten zijn ook aantrekkelijk voor het onderwijs. Omdat de opdracht leidend is en vanwege de resultaatverplichting wordt de opdracht echt authentiek, uitdagend en motiverend. Studenten benoemen dit ook. Zij voelen zich door het werken in een CfD serieus genomen en onderdeel van een professionele leergemeenschap. Bovendien ademt de opleiding door de voortdurende professionalisering van de coach in de CfD’s als vanzelf mee met relevante ontwikkelingen in de beroepspraktijk. De opleiding wordt adaptief!

De genoemde uitgangspunten hebben consequenties, waarmee juist het onderwijs, zo leert de ervaring, soms grote moeite heeft. Deze consequenties raken de professionele identiteit van docenten als overbrenger van vooraf gedefinieerde kennis. Het gaat om het volgende:  

  • Als de opdracht leidend is moet gegarandeerd worden dat studenten zich door het realiseren van de opdracht ontwikkelen tot professionals. De opdracht voor de studenten ligt daarom in het domein van de opleiding en tenminste op het niveau van een professional een jaar na afstuderen. Daarmee is de opdracht altijd relevant voor de student. Studenten zijn als ze werken in een CfD net over de helft van hun opleiding. De opdracht heeft daarom een niveau dat i.h.a. buiten hun ‘zone van nabije ontwikkeling’ ligt. Om deze kloof te overbruggen is intensieve en proactieve begeleiding. Bij CHILL is de begeleiding ongeveer 3-4 keer zo krachtig als gebruikelijk. En dat kost wat[2]! Ook daarom is een resultaatverplichting belangrijk. Het resultaat is dan immers ook in financiële zin wat waard[3].
  • Een student kan geen resultaatverplichting worden opgelegd. Toch voelen zij zich verantwoordelijk. Maar er moet wel een vangnet zijn voor het geval een student (nog) niet aan professionele eisen kan voldoen.
  • Als niet de vooraf gedefinieerde kennis en vaardigheden maar de opdracht leidend is dan kan de opleiding er niet op vertrouwen dat het werken in een CfD direct bijdraagt aan het realiseren van de BoKS[4]. Daar zal het opleidingscurriculum dus een oplossing voor moeten bieden.
  • Omdat de coach onderdeel is van een CfD en zelfs eerste verantwoordelijke, vraagt dat een andere attitude dan die van stage- of afstudeerbegeleider.

Bovenstaande beschrijving kan gemakkelijk de indruk wekken dat elke opdracht, die aan bovenstaande voldoet, geschikt is voor een CfD. Dat is niet het geval. De opdracht moet de regionale ontwikkeling in het domein weerspiegelen, maar ook passen bij de expertise van CHILL en de mensen die in CHLL actief zijn. CHILL gaat concrete relaties aan met de beroepspraktijk als deze relaties de potentie hebben om uit te groeien tot een structurele samenwerking. Zo ontstaat samenhang en focus, die uitmondt in programma’s waaraan CfD’s met steeds andere opdrachten kunnen werken.

De opdracht mag een student ook niet reduceren tot een routinematige uitvoerder. Het gaat voor Hbo-studenten immers om de competenties onderzoeken, experimenteren en zelfsturing.

[2] Dat geldt natuurlijk ook voor de laboratoria en equipment. Ook die zijn zeer kostbaar.
[3] De opdrachtgever betaalt voor een CfD (30 EC, 40 weken) 30.000,- euro.
[4] De BoKS (Body of Knowledge & Skills): Knowledge en Skills waarover elke afgestudeerde van een opleiding beschikt.

Onderwijskundige uitgangspunten
Het werk Wenger staat aan de basis van onze CfD’s. Zij spreken van een Community of Practice. CHILL gebruikt de term Development, omdat haar studenten primair worden opgeleid tot ontwikkelaars waarbij zij de wetenschappelijk onderzoeksmethode hanteren. Belangrijk is dat het werken in een community echt iets anders is dan het uitvoeren van een project in een projectteam. Voor de CfD’s als praktijkgemeenschappen geldt dat de leden:

  • Deelnemen aan een gemeenschappelijke opgave, het realiseren van de opdracht;
  • In gelijkwaardigheid (geen gelijkheid) met elkaar samenwerken;
  • Vooraf geen rol wordt opgelegd, die in beton gegoten is[5].
  • Ruimte krijgen voor persoonlijke ontwikkeling en het ontwikkelen van een eigen beroepsidentiteit;
  • Samenwerken op basis van vertrouwen en een uitdagend doel, de resultaatverplichting, volgens de ideeën van Lencioni.

Naast het werk van Wenger is de Zelf Determinatie Theorie (ZDT) inspiratiebron. De ZDT gaat over de motivatie voor leren en heeft drie elementen: autonomie en je doet ertoe, leren doe je samen, zone van nabije ontwikkeling. In de gedachte van CHILL moet het leren en innoveren inclusief zijn en dus met Hbo en Mbo samen als de opdracht dat tenminste vraagt. Deze samenwerking tussen Hbo en Mbo in CHILL krijgt momenteel (voorzichtig) gestalte. 

Financiële aspecten
De kosten voor de ervaren professional en het gebruik van laboratoria, apparatuur en chemicaliën zijn voor rekening van de opdrachtgever. Deze betaalt een serieus bedrag, dat tegelijk wel billijk is voor een niet zo kapitaalkrachtige mkb'er. De kosten van de begeleiding door de coach en het assessment draagt het onderwijs. Hierbij heeft de inzet van de assessor en coach een omvang die past bij het begeleiden van studenten en de door de studenten behaalde credits.

Meer informatie
secretariaat@chillabs.nl; 046-7632110 of Joost Ruland (joost.ruland@chillabs.nl; 0634557319).
Voorbeelden van het werken in een CfD zijn terug te vinden op de website van CHILL (https://chillabs.nl).

Literatuur

  • Inspiratiebronnen uit onderwijs- en sociale wetenschappen
  • Wenger, E. (1998). Communities of practice: Learning, meaning and identity
  • E. Deci - R. Ryan, Overview of Self-Determination Theory: An Organismic Dialectical Perspective, in Handbook of Self-Determination Research", pp. 3-34, Rochester, 2002
  • Lencioni, P. (2009). De vijf frustraties van teamwork. Hoe je ervoor zorgt dan het samenwerken leuk blijft. Amsterdam/Antwerpen: Business Contact.
  • Nussbaum, M. (2011). Niet voor de winst. Waarom de democratie de geesteswetenschappen nodig heeft. Amsterdam: Ambo|Anthos.
  • Biesta. G.J.J. (2014). The beautiful risk of education. Boulder, Co: Paradigm Publishers. ISBN: 978-1-61205-026-3. 

Evaluatieonderzoeken

  • Goes-Daniels, M. van der Klink, M. (2013). Rapportage. Onderzoek inzet Communities for Development (CfD’s) in het Chemie Onderwijs, Chemelot Innovation and Learning Labs (CHILL), Heerlen: Zuyd Hogeschool.
  • Goes-Daniels, M. (2020). 10 jaar lectoraat Professionalisering van het onderwijs pg 20, 21. Communities for Development in het Chemie Onderwijs, Heerlen: Zuyd Hogeschool.
  • Klijs, J. (2016). Rapportage in opdracht van CHILL. De economische impact van het L.E.D.-project 3D printen. Sittard-Geleen: Chemelot Innovation and Learning Labs
  • Simon, F. Stuijts, M. Vreuls, J. (2019). …worden van … en CHILL en … en …, een moment opname van een hybride leeromgeving, Heerlen: Zuyd Onderzoek.
  • Simon, F. Vreuls, J. (2021). Plotless actions with nevertheless a plot: the assemblage of a hybrid learning environment, SN Soc Sci (2021) 1:258; (https://doi.org/10.1007/s43545-021-00268-6).

Interne memo’s

  • Ruland J. (2011). 111016 Achtergronden Communities for Development
  • Ruland J. (2021). 211124 Info over CfD’s Hbo, Mbo en over gemengde CfD’s

[5] Er is voor de rollen van coach, ervaren professional en beginnende professional wel een vertrekpunt beschreven. De rollen zijn verder fluïde en evalueren gedurende de looptijd van een Community.

Het Greenholds-project
Het verhaal begint bij twee fanatieke klimsporters en entrepreneurs. Zij begrepen dat de klimsport duurzamer moest worden en dat de klimgrepen, die momenteel gebruikt worden, niet recyclebaar zijn. Om de klimsport meer toekomstbestendig te maken hebben de entrepreneurs Greenholds BV opgericht. Vandaaruit is een consortium gebouwd dat o.a. bestaat uit Greenholds zelf als opdrachtgever, Zuyd Hogeschool en CHILL.[6] Dit consortium heeft een aantal jaren geleden de ambitie[7] geformuleerd om in 3 jaar te komen tot een marktrijp prototype recyclebare klimgrepen.

De Technische realisatie in Communities for Development
Om de ontwikkeling van recyclebare grepen te begrijpen, eerst iets meer over de huidige, niet-recyclebare grepen. Deze worden gemaakt door vloeibare hars in een vorm te gieten en te laten uitharden. Er ontstaat dan een hard plastic met uitstekende mechanische eigenschappen. Met deze productiemethode kan elke denkbare vorm gemaakt worden (grote vormvrijheid). Bovendien geven deze klimgrepen een fantastisch, maar nog niet te objectiveren klimgevoel (grip, voelen niet zweterig aan). Voor recyclebare klimgrepen moet echter zacht of thermoplastisch kunststof gebruikt worden. De technische realisatie heeft plaatsgevonden in meerdere CfD’s. De centrale ambitie is opgeknipt in deelopdrachten met elk een looptijd gelijk aan die van een CfD (20 weken). Elke deelopdracht is voor de coach en de ervaren professional een serieuze uitdaging en dat geldt zeker voor de studenten, de beginnende professionals, die zich zullen moeten optrekken aan het niveau van hun begeleiders. De kennis en vaardigheden die alle deelnemers, dus ook de coach en de ervaren professional (LLO), tijdens het realiseren van de deelopdracht verwerven, komt voort uit de opdracht en is niet vooraf vast te leggen. Voor de deelopdrachten geldt een resultaatverplichting.
Voorbeelden:

  • In hoeverre is het klimgevoel te objectiveren en ontwikkel daarvoor een meetmethode;
  • Onderzoek in hoeverre 3D-printing een geschikte productiemethode is en let er daarbij op of de veronderstelde vormvrijheid ook daadwerkelijk waargemaakt kan worden;
  • Ontwikkel matrijzen voor spuitgieten die zoveel mogelijk vormvrijheid geven.

Marktpotentie en economisch perspectief
In het project is ook de marktpotentie onderzocht. En die is er! De huidige markt is ca $360 miljoen/jaar en zal naar verwachting uitgroeien tot $600 miljoen/jaar. Na de succesvolle afronding van het project is inmiddels de eerste tranche klimgrepen in ‘serie’ geproduceerd, die nu in de praktijk getest worden. Tijdens de komende Olympische spelen van Parijs staat de klimsport op het programma en zullen de recyclebare klimgrepen groots worden gelanceerd.

Van het een komt het ander
Door de samenwerking met de sportieve entrepreneurs is CHILL in contact gekomen met Mitch Valize, een tophandbiker uit Heerlen. CHILL heeft samen met Mitch handvatten ontwikkeld voor de handbike waardoor Mitch, en natúúrlijk ziet CHILL dat zo, een beslissende voorsprong kon nemen tijdens de paralympics in Tokio en tweemaal goud heeft gewonnen. En……. nu wil het hele handbike-team van Mitch ook van die wonderhandvatten.

Karakteristieken van een CfD

[6] Ook met ENBI, Brightlands Chemelot Campus, Topsport Limburg, Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging en IVY.

[7] Het project is financieel ondersteund door ZonMw.